Wie?
Je hebt een ivoorkleurige huid, goudbruin of kastanjebruin haar en je hebt donkerbruine tot groenbruine ogen.
De kleuren op het herfsttype-palet zijn krachtig en intens. Warme kleuren zijn de basis. De basis kun je combineren met kleuraccenten.
Accenten: kerriegeel, roodbruin, aubergine, mosgroen, petrol en tomatenrood.
Wit, zachte tinten zoals babyroze, citroen geel en frambozenrood.
Wie?
De huid heeft een donkere tint en is ivoor-beige of bruin. Jouw haren zijn zwart of zeer donkerbruin. Daarnaast heb je diepbruine, grijsbruine of violetblauwe ogen.
Bij het wintertype staan heldere en intense kleuren. Felle kleuren staan jou het mooist! Bij het wintertype horen koele kleuren.
Beige tinten, gedempte tinten zoals mosgroen, kaki en pasteltinten.
Wie?
Je hebt een lichte en romige huid en heeft vaak goudachtige ondertonen. Daarnaast heb je geelblond, rossig, honingkleurig, goudbruin of donkerbruin haar. Je ogen zijn blauw, groen, petrol of turkoois.
Bij jou passen vooral pasteltinten en koele kleuren. Ga voor zachte kleuren.
Accenten: perzik, zonnig geel, oranjerood, koraal en oud roze.
Vergeet deze kleuren: Spierwit, zwart, paars, turkoois en grijze tinten.
Wie?
De huid van een zomertype is erg licht en heeft een rozig of blauwe ondertoon. Je hebt blond haar (licht tot donker). Jouw ogen zijn blauw, blauwgrijs of groengrijs.
De kleuren die bij jou passen zijn voornamelijk pasteltinten en koele, blauwachtige kleuren. Het grijs domineert. Het wordt vaak omschreven als elegant, omdat de kleuren altijd subtiel zijn.
Accenten: watermeloenrood, lavendelpaars, poederroze, blauwgroen.
Legergroen, kerrie, oranje, beige en tomatenrood.