Wat je zegt én hoe je het zegt
Door het maken van oogcontact bouw jij een vertrouwensband op met het publiek. Ogen zijn namelijk het eerste waar mensen naar kijken om desbetreffend persoon te plaatsen. Richt je naar de zaal in plaats van naar je slides, dan komt het allemaal goed.
Een open houding zorgt ervoor dat er geen obstakels zijn tussen jou en je publiek. Door al deze vrije ruimte voel je je veel zelfverzekerder en heeft het publiek enkel oog voor jou. Tips: kruis je armen niet, haal je handen uit je zakken, schuif je laptop naar de zijkant en zorg dat er geen tafel voor je staat.
Zelfverzekerde types gebruik gebaren om hun verhaal kracht bij te zetten en dat is niet zonder resultaat. Uit onderzoek blijkt namelijk dat de combinatie van spreken en gebaren een boodschap veel overtuigender over laat komen. Laat die handen maar dansen dus.
Vulwoorden, wat zijn dat? Heel simpel, de onzekere ‘euhm’, ‘even zien’, ‘je weet wel’ of ‘dusja’. Deze woorden hebben totaal geen inhoud en zijn dus overbodig, het leidt de kijker alleen maar af. Denk in plaats daarvan goed na over wat je wil zeggen en wees niet bang een stilte te laten vallen.
Varieer je spreektempo als je zelfverzekerd over wil komen. Door te versnellen of juist langzamer te gaan praten leg je de nadruk op de belangrijkste punten. Tip: versnel het tempo om je publiek betrokken te houden. Wil je een bepaalde boodschap uitlichten? Neem een pauze en vertel dan de boodschap in een langzamer tempo.